Inspanning/ontspanning

We spannen ons tot het uiterste in om de muziek te kunnen zingen die na aan ons hart ligt. De motivatie is er om te verwezenlijken wat we willen laten horen. Toch moet er altijd in de gaten worden gehouden dat het enthousiasme geen spanning oplevert waar we niks aan hebben, sterker nog, waar we last van hebben tijdens het zingen. Soms hebben we de moeilijkheidsgraad van de muziek niet goed ingeschat, ook dat kan tot belemmerende spanning leiden. En soms kan onaangename lichamelijke spanning komen van mentale stress en/of podiumangst. Het kan dan zijn dat je je niet goed genoeg voorbereid hebt, waardoor je onzeker wordt als je voor een menigte mensen staat, of dat je extra stress voelt als je moet presteren tijdens een auditie waar veel vanaf hangt.
Van allerlei zaken kunnen aanleiding zijn voor verhoogde spanning, die je niet kan gebruiken tijdens het zingen.

Als we zingen is er een inspanning nodig om te zingen wat je wilt, maar er is ook een ‘ontspanning’ nodig om met gemak te kunnen blijven zingen. Het helpt als je tegen jezelf zegt dat je altijd ‘iets over’ moet hebben als je staat te zingen, zonder dat dat een ingehouden manier van zingen tot gevolg heeft. Je laat je verhaal/klank gaan zonder dat je uit de bocht vliegt, terwijl je wel het uiterste uit het verhaal wilt halen.

Een mooie anekdote over de hardloopster Dafne Schippers; ze kwam als eerste over de finish en won een gouden plak op de 200 meter, een sport journalist duwde een microfoon onder haar neus en vroeg; ‘Hoe dóe je dat toch?’ Zij antwoordt hijgend: ‘Ontspannen!’
Elke vezel in haar lichaam heeft zich ingespannen om deze enorme prestatie te leveren, maar er was genoeg ontspanning in het lichaam (en geest!) om het lichaam z’n werk te laten doen. De spanning zat ‘m in de mentale focus en het lichaam dat perfect getraind is en klaar staat om het werk te verrichten, daardoor kan de ‘ontspanning’ zorgen dat er geen over-concentratie optreedt en geen krampachtige manier van lopen.

Inspanning en ontspanning kunnen niet zonder elkaar, ze verlenen elkaar bestaansrecht!